O, Canada. De naam van het Canadese volkslied is vast bedacht voor watertandende podcastgeografen die een aflevering voor te bereiden hebben. Hier volgt een inkoppertje: welk gevoel je bij de Canadezen hebt, hangt af van naar welk deel je kijkt. Gebruik voor het gemak het eten als leidraad.
Kreeftenvissers aan de oostkust, walvisvet in het koude noorden. Koreaans of Jamaicaans in de smeltkroes van Toronto, steaks van een halve kilo op de boerderijen van Alberta. Zalm in Vancouver, forel in de Rockies. We kunnen zo nog wel even doorgaan, maar we hebben nog een hoop bergen, meren, bossen, premiers, taalgebieden, oorspronkelijke volkeren en legendarische ijshockeyers te bespreken. Aan het werk dus!
Oppervlakte: 239 keer Nederland.
Ongeveer net zo groot als: China. Die zijn één Noorwegen kleiner.
Aantal inwoners: bijna 40 miljoen.
Hoofdstad: Ottawa.
Andere steden: Toronto, Montreal, Vancouver, Calgary, Quebec City.
Valuta: Canadese dollar.
Religie: heel divers. De helft is christen, een derde is niet religieus en dan nog aanzienlijke groepen moslims, hindoes, sikhs, boeddhisten en joden.
Taal: Engels en Frans.
Meest voorkomende achternamen: Smith, Brown, Tremblay, Martin, Roy.
Vlag: verticale banen rood, wit, rood. In de witte baan een rood esdoornblad.